Over de tienermoeders

Wat zijn de mogelijke redenen waarom deze tienermeisjes uit huis geplaatst zijn?

De redenen waarom deze meisjes uit huis geplaatst zijn blijken heel verschillend te zijn. Eén van de meest voorkomende redenen zijn problemen tussen de relatie van de ouders en het kind en problemen rondom het ouderlijk gezag. Hierbij is er sprake van pedagogische verwaarlozing. Ook kan het zo zijn dat de ouders relationele, financiële of psychische problemen hebben en/of problemen met de huisvesting. Als ouders veel schulden hebben kan het uiteindelijk zover komen dat zij bijvoorbeeld afgesloten worden van het gas, water en licht en uiteindelijk hun huis worden uitgezet. Ouders kunnen ook alcoholverslaafd of drugsverslaafd zijn waardoor dit geen goede invloed op het kind heeft. Kortgezegd hebben de ouders zelf niet genoeg te bieden om het kind een stabiele en structurele opvoeding te geven. Hier kunnen deze meisjes verschillende problematiek aan overhouden.

Het kan ook zo zijn dat deze meisjes te maken hebben gehad met seksueel misbruik of mishandeling binnen de thuissituatie, waardoor zij gedwongen uit huis geplaatst zijn.

Problemen waar deze meisjes vaak zelf tegen aan lopen zijn vaak met betrekking op hun ontwikkeling, vrijetijdsbesteding en scholing.  Als deze meisjes niet goed genoeg ontwikkeld zijn op zowel cognitief, sociaal-emotioneel en motorisch gebied lopen zij achter op de maatschappij en is het moeilijk om op een gemiddelde manier om te gaan met andere mensen en mee te draaien binnen de maatschappij. Vaak hebben deze meisjes ook een verkeerde vrijetijdsbesteding en gaan bijvoorbeeld met verkeerde vrienden om die verkeerde handelingen ondernemen zoals bijvoorbeeld het roken van wiet, het plegen van winkeldiefstal, openbare spullen vernielen en het teveel gebruiken van alcohol. Door een verkeerde leefomgeving komt het ook vaak voor dat deze meisjes niet meer naar school gaan en veel spijbelen. Hierdoor krijgen zij problemen met de leerplicht en vaak ook met de ouders wat niet goed is voor de ouder-kind relatie. Ook kan het zo zijn dat deze meisjes zodanig agressief gedrag tegenover de ouders en anderen vertonen, waardoor de ouders geen oplossing meer zien. Als ouders hun kind niet aankunnen word bureau jeugdzorg vaak ingeschakeld. Hierna word gekeken naar de situatie en of een uithuisplaatsing noodzakelijk is. Als dit het geval is, kan het ook zo zijn dat het tienermeisje onder toezicht stelling (OTS) word gezet na uitspraak van de rechter, door een toeziend voogd. Een  meisje van deze leeftijd is hierna meestal wonend binnen stichting jeugdformaat, in een kamertrainingscentrum (KTC). Dit is een woonvoorziening voor 16+ meisjes met de nodige begeleiding, meestal richting zelfstandigheid. In andere gevallen gaan de meisjes na het hulptraject weer terug naar huis of eindigen zij alsnog in een pleeggezin. In hele ernstige gevallen kan het ook zo zijn dat het meisje naar een gesloten inrichting moet in verband met zeer onhandelbaar gedrag.

Hebben deze meisjes zelf bepaalde problematiek?

Veel meisjes die in stichting Jeugdformaat zitten hebben gedragsproblemen. Dit blijkt uit een onderzoek van Fanshel en Shinn (1978, in Van Ooyen-Houben, 1991). Zij concluderen dat de tienermoeders die uit huis zijn geplaats in de loop van het vijf jaar durende onderzoek meer gedragsproblemen lieten zien. Ze zijn minder meegaand en aardig, koppiger, meer teruggetrokken en meer gespannen. Dit betreft met name  voor de meisjes die geen contact meer hebben met hun ouders. Wat betreft schoolprestaties is het erg laag, veel van die meisjes kon haar studie niet meer afmaken omdat ze zwanger was. Ze zijn gestopt om voor het kind te zorgen. In stichting Jeugdformaat willen ze die meisjes helpen om hun oude leven weer op te pakken en weer terug naar school te gaan zodat ze na hun studie een goede baan kunnen krijgen. De meisjes hebben ook emotionele problemen zoals nervositeit en slaapproblemen. Nervositeit houdt in dat de meisjes last hebben van onrust, prikkelbaarheid, sterke emotionaliteit en gespannenheid.
Het kan ook zijn dat de meisjes die uit huis zijn geplaatst een traumatische gebeurtenis hebben ervaren. Vaak is er sprake van meer trauma’s en andere stressoren, zoals verschillende plaatsingen en wisselende verzorgers. Deze meisjes ervaren dan dus een chaotische kindertijd, die gekenmerkt wordt door ervaringen van stress en trauma. Het gescheiden worden van het gezin en verlies van hun ouders kan het gevoel van die meisjes dat ze ergens bij horen ondermijnen. Ook het gevoel van zelfrespect kan nog verder beschadig worden. Ze voelen zich vaak afgewezen, niet geliefd en waardeloos. Er is uit onderzoek gebleken dat uit huis geplaatste meisjes hevige problemen hebben in interpersoonlijke relaties en verhoogd risico hebben voor het ontwikkelen van psychopathologie en antisociaal gedrag. Psychopathologie houdt in dat die meisjes een psychose kunnen krijgen dan is de band met zichzelf, de ander of de omgeving verbroken is. Voor de meisjes brengt uithuisplaatsing veel verwarring met zich mee. Dit komt doordat er van tevoren weinig voorbereiding en uitleg is van de ouders voer de uithuisplaatsing.
Er zijn gedragingen die door diverse mensen zijn waargenomen bij tienermoeders na uithuisplaatsing zoals: 

  • Problemen hebben met het aangaan van relaties ( teruggetrokken gedrag, niet in staat zijn tot het aangaan van bindingen).
  • Aandacht vragend en vastklampend gedrag, maar ook bitterheid en jaloezie
  • Psychopathologie en antisociaal gedrag
  • Agressief gedrag en driftbuien
  • Deviant gedrag
  • Gedragsproblemen

Dit zijn een paar voorbeelden van welke problemen tienermoeders kunnen hebben. 
We lichten ze kort toe:

  • Problemen met aangaan van relaties:
    Dit gaat vaak ook samen met bindingsangst. De meisjes zijn bang om gekwetst te worden, ze durven minder snel weer een goede relatie met iemand op te bouwen. Ze houden zich erg teruggetrokken. Maar niet alle meisjes zijn zo.
  • Aandacht vragend en vastklampend gedrag, maar ook bitterheid en jaloezie:
    Een paar van deze meisjes zijn erg verwaarloost, ze zijn door hun ouders uit huis gezet, zijn misschien hun vriend/man kwijt en zijn op zichzelf aangewezen met een kind. Als ze dan iemand hebben gevonden om een relatie aan te gaan is het mogelijk dat ze erg wantrouwig zijn, moeilijk die gene kunnen vertrouwen en erg jaloers zijn.
  • Psychopathologie en antisociaal gedrag:
    Psychopathologie is dat de meisjes een psychose kunnen krijgen en bij antisociaal gedrag gaat het om een herhalend en aanhoudend gedragspatroon.
  • Agressief gedrag en driftbuien:
    Sommige van deze meisjes kunnen zich niet meer beheersen en krijgen driftbuien of tonen agressief gedrag.
  • Deviant gedrag:  
    Dit betekent dat de meisjes een afwijkend gedrag hebben van de normale normen en waarden.
  • Gedragsproblemen:
    Gedragsproblemen hebben te maken met sociaal ongewenst gedrag. Het lijkt daarom ook op antisociaal gedrag.  

Hoe gaat het leven van deze tienermeisjes eraan toe binnen stichting jeugdformaat (kamertrainingscentrum)?

De tienermeisjes van onze doelgroep zijn tussen de 16 en 21 jaar. Als deze meisjes binnen stichting jeugdformaat wonen is het meestal het geval dat zij in een kamertrainingscentrum wonen. Uitzonderingen zijn bijvoorbeeld een logeerhuis of een pleeggezin. Dit komt niet vaak voor, vanaf 16 jaar is het namelijk de bedoeling dat deze meisjes richting zelfstandigheid gaan leven. In een logeerhuis is er nog erg veel begeleiding die op alles let en je met alles helpt. Een pleeggezin komt niet vaak voor omdat pleegouders meestal een jonger kind in huis willen. Een kamertrainingscentrum is het vervolgtraject van een logeerhuis. Een kamertrainingscentrum is een residentiële voorziening. Hier wordt gewerkt aan de voorbereiding op zelfstandig wonen of in andere gevallen op een terugkeer naar huis. De meisjes worden opgevangen in een zo gewoon mogelijke omgeving. Binnen een kamertrainingscentrum is er sprake van een leefgroep. Iedere inwonende jongere heeft een eigen kamer, gaat naar school of werk en spreekt af met vrienden of andere mensen uit het eigen netwerk. Binnen een kamertrainingscentrum is het belangrijk dat de jongeren zich op hun gemak en veilig voelen. Er is altijd, dag en nacht, groepsbegeleiding aanwezig waar wekelijks gesprekken mee worden gevoerd. De meisjes die in een kamertrainingscentrum wonen, wonen hier in verband met hun eigen problematiek, problemen tussen hen en de ouders of door de problematiek van de ouders zelf. Er kunnen dus grote verschillen zijn tussen de meisjes die er wonen. De meisjes die binnen een KTC wonen leren zelfstandig koken, omgaan met financiën, schoonmaken, ordenen en werken aan de door de begeleiding opgestelde doelen. Binnen het KTC zijn er natuurlijk wel bepaalde regels. Deze regels zijn vooral bedoelt voor structuur en regelmaat. Je moet bijvoorbeeld een dagbesteding hebben als werk of school om er te kunnen wonen en er zijn bepaalde thuiskomtijden. Deze tijden verschillen per fase. Het kamertrainingscentrum wordt hierdoor ook wel fase-huis genoemd. Het huis is onderverdeeld van fase 1 tot 3. Fase 1 is de instroomfase. De jongeren hebben nog best strenge regels. Hier kijkt de groepsbegeleiding naar hoe de jongeren in elkaar zitten. Door middel van gesprekken wordt er gewerkt aan de opgestelde doelen. Zijn deze doelen behaalt, stromen de jongeren door naar fase 2. De regels worden steeds minder streng. In fase 3 is het de bedoeling dat deze jongeren zo goed als rijp zijn om zelfstandig te kunnen leven. Na fase 3 is er sprake van een vervolgplek zoals bijvoorbeeld een eigen huis of een volgend traject. Hierbij kun je denken aan kamers met kansen (een kamer huren waar geen begeleiding aanwezig is, maar waar wel mogelijkheid is tot hulp, zoals gesprekken met een begeleider op het kantoor van kamers met kansen). Ook kun je denken aan een HAT-woning. Dit is ook een traject van stichting jeugdformaat. Jongeren kunnen hier wonen na gewoond te hebben binnen een KTC. Dit is een klein huisje waar zij een halfjaar geheel zelfstandig mogen wonen, met waar nodig begeleiding op de achtergrond.